Menu
Artikels

Trein, auto of auto delen?

Hier is wat ik gehoopt had. Dat mijn auto nog wel enkele jaren ging meegaan. Dat tegen dan het autodeelsysteem wel meer uitgebouwd en financieel interessanter zou zijn. Of wie weet, dat er tegen dan een rechtstreekse trein Gent – Ninove zou bestaan. Maar het lot besliste er anders over. Op 8 november zag de auto achter me de file niet aankomen en sleurde me mee tegen de auto voor me. Resultaat: 8 jaar trouwe dienst, maar nu werd mijn autootje perte totale verklaard. Gelukkig geen gewonden. De whiplash en de pijnlijke kaakgewrichtontsteking buiten beschouwing gelaten.

Zo stond ik vroeger dan verwacht voor de opdracht om te kijken naar een aspect van mijn leven waar ik het op ecologisch vlak moeilijk mee heb. Transport. Drie keer per week moet ik naar Ninove om les te geven. Daarnaast moet ik ‘s avonds op verschillende plaatsen kunnen raken om workshops te geven voor CÎME. Niet al die locaties zijn makkelijk te bereiken met het openbaar vervoer. Bovendien moet ik wat spullen meesleuren en durven de workshops wel eens uit te lopen. Raak ik dan nog thuis met bus of trein? Oké, voor de workshops heb ik een wagen nodig. Maar moet dat dan zo nodig mijn eigen wagen zijn?

Bij Cambio kost het maandabonnement dat het best bij mij past €22. Daarbij komt nog een uurprijs en kilometerprijs: €1,55 per uur en €0,21 per kilometer. Op een gemiddelde schooldag vertrek ik om 7:20 en kom ik thuis om 16:30. De afstand heen en terug bedraagt zo’n 80 kilometer. Een rit naar school kost mij op die manier €30,75 bovenop mijn abonnement. Komt daar nog een vergadering of een oudercontact bij, dan lopen de kosten nog hoger op. Ik schrik van die prijzen. Ik probeer zo veel mogelijk te carpoolen en vraag me af wat mijn buddies ervan zouden vinden om die prijs te delen. En wat als er geen auto beschikbaar is op het moment dat ik hem nodig heb voor mijn werk? Misschien is een auto delen enkel interessant voor mensen die hem maar sporadisch nodig hebben voor boodschappen? Die doe ik zelf met de fiets.

In de garage waar mijn wrakje stond, stond een tweedehandswagen te koop. Ongeveer hetzelfde model, met meer snufjes. Parkeerassistentie en spiegels die automatisch inklappen. Benzine in plaats van diesel. Rood in plaats van blauw. Een upgrade van klungelsmurf naar grote smurf. Ik plooide. Ik was nog niet bereid om het comfort van een eigen wagen op te geven. Mijn geweten suste ik met het feit dat ik op z’n minst een tweedehandswagen kocht. Wel nam ik het voornemen om voortaan op woensdag de trein naar school te nemen. Ik doe er dubbel zo lang over en loop elke keer het gevaar om mijn overstap te missen, maar ik wil volharden. Want het is iets. Een kleine stap.

No Comments

    Leave a Reply